Als fervente aanhanger van Bob den Uyl’s fietsfilosofie (In 1970 publiceerde de in 1992 overleden Rotterdamse auteur Bob den Uyl een boekje Wat fietst daar? Daarin ontvouwt hij op ironische toon zijn ideeën omtrent het ideale fietsen. Den Uyl: 'Een fietstocht is het afleggen van een onbepaald aantal kilometers op de fiets. (...) Richting en bestemming laten wij bepalen door de wind. We stappen 's ochtends op de fiets en rijden ontspannen met de wind mee. Ja maar zullen velen zeggen, dat heeft toch weinig nut? Als je 's avonds weer thuis wilt zijn, zal je toch op een bepaald ogenblik tegen de wind in moeten gaan fietsen. Dit nu doen wij niet. Wij blijven de hele dag met de wind mee fietsen, en keren 's avonds per trein terug.') kon het niet uitblijven dat ik ook eens aan de (fiets)verhalen van de meester moest. Natuurlijk ken ik vaag het werk van Bob den Uyl wel van vroeger, toen ik nog zwaar aan de literatuur was en zelf heel bescheiden wat publiceerde en lid was van o.a. Hollands Diep (de oude versie, jaren 70), maar echt gelezen had ik hem nooit. Toen onlangs het vierde kampioen werd bij Groenoord kwam Filip Borst heel toevallig met een bundel van Bob onder de arm kijken. Genereus als Filip is leende hij mij het boek direct en ik heb het in een ruk uitgelezen, werkelijk schitterend geschreven verhalen en zeer humoristisch. De bundel die Filip had was een heruitgave van verhalen, zoals die momenteel in een serie verschijnen. Filip had “Het reizen vereist sterke zenuwen” uit 2004. Enige tijd later liep ik in Spijkenisse in een boekwinkel “Onuitroeibare misverstanden” (2006) tegen het lijf en kocht dit direct. Ook al uitgelezen. Hoogtepunt van deze bundel is het hilarische wielerverhaal “Opkomst en Ondergang van de Zwarte Trui”.
De bundel van Filip begint trouwens met het prachtige Belgofobe fietsverhaal “In ’t groene dal” (origineel uit de bundel Met een voet in het graf). Die fietstocht door Belgie werd door Kees Sluys nagefietst en hij deed daar verslag van in “Zoektocht naar de Pottelberg” in de VPRO-gids van 26 juli 2003, een themanummer gewijd aan Bob den Uyl ter introductie van de VPRO Gids Bob den Uyl Prijs. Dit artikel en andere stukken uit die gids staan in PDF online via deze link.
Inmiddels bestelde ik bij bol.com ook de nieuwe biografie van Bob den Uyl van Nico Keuning, verschenen in maart 2008 en getiteld “Een zeker onbehagen, een biografie van Bob den Uyl”. Ik ben er nog niet ver in, maar kwam al in het begin een verrassende alinea tegen wanneer Nico wat dagboekfragmenten van de 17-jarige Bob citeert:
“Op donderdag 7 augustus (1947, PK) staat hij op de kade om afscheid te nemen van ene Kees van Veen, ‘gaat varen naar Boston’. Naar Amerika. Bob zal met gemengde gevoelens op de kade hebben gestaan. Hij zou ook wel willen varen. ‘Ik dacht ik ga als een of andere ketelbink naar Amerika. Wat ik ook uit de oorlog heb overgehouden, want je mocht toen nergens heen, een verlangen om naar het buitenland te gaan. Dat vond ik krankzinnig, dat leek me zoiets geweldigs.’ Voorlopig blijft Bob in Rotterdam. Als hij thuisblijft pakt hij zijn schaakbord.”
Nu blijkt onze fietsheld dus ook al een schaker! Wat een toeval. Toch leuk misschien om dat eens verder uit te spitten, kon Bob echt (goed) schaken en is er meer bekend over zijn schaken? In die naoorlogse periode werden er natuurlijk veel spelletjes gespeeld in de huiskamers omdat er verder niets te doen was in het platgebombardeerde Rotterdam en er ook geen geld was. Misschien was het voor hem slechts een van de vele spelletjes die hij en passant uit verveling speelde. Maar toch leuk om dit te lezen! De cirkel is weer mooi rond. De Eenzame Schaker Bob den Uylt en Bob den Uyl schaakte eenzaam…
Geen opmerkingen:
Een reactie posten